Uitspraken Klachtencommissie en jurisprudentie rechtbank (Wvggz)

Componence Asset List

Link naar document: Rijnmond KC PG 09-04-2020

Datum uitspraak: 9 april 2020

Klachtencommissie: KC Patiënten Parnassia Groep, kamer Rijnmond

Inhoud klacht: Klacht tegen vrijheidsbeperking i.v.m. corona

Korte toelichting klacht en uitspraak: Klacht tegen vrijheidsbeperking i.v.m. corona. Is door Klachtenzommissie niet-ontvankelijk verklaard aangezien de klacht gericht is tegen een bestuursbesluit die collectieve maatregel betreft, die op alle patienten binnen Parnassia Groep van toepassing is. Het is geen geïndividualiseerd(e) besluit dat alleen de klager treft.

Toelichting klacht: Klager heeft met bijstand van de PVP, een klacht ingediend bij de Klachtencommissie Patiënten Parnassia Groep. Klager verblijft op grondslag van een machtiging tot voortgezet verblijf (Bopz) gedwongen in de instelling. Op grond van het behandelingsplan heeft klager vrijheden op afspraak als bedoeld in art. 45 Wet Bopz (verlof).

Bij brief van 18 maart 2020, is aan klager medegedeeld dat de regering op 15 maart 2020 vergaande maatregelen heeft afgekondigd om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. Hierbij is het doel het beperken van direct contact tussen mensen onderling om besmetting te voorkomen. Dit betekent dat de zorgbieder strenge maatregelen heeft moeten nemen om het contact met anderen zoveel mogelijk te beperken. De volgende voorzorgsmaatregelen – voor zover thans van belang- zijn genomen:

  • - het is niet toegestaan om gedurende de opname de afdeling zelfstandig te verlaten, alleen ‘strikt onder begeleiding’ van een verpleegkundige. Ook is het niet toegestaan de kliniek te verlaten;
  • - bezoek is niet meer toegestaan, behalve in uitzonderlijke situaties.

Klager mag zich alleen onder begeleiding begeven op het terrein van de instelling. Aan klager is ook medegedeeld dat de controle vergt dat er slechts een beperkt aantal cliënten tegelijk onder begeleiding op het terrein kan zijn. Dat heeft tot gevolg dat de tijd die cliënten kunnen wandelen beperkt is. Hieruit blijkt volgens klager dat wandelen nagenoeg onmogelijk is. Dit valt hem erg zwaar. Ook wordt hem geen verlof verleend. Klager zit nu noodgedwongen het grootste deel van dag verplicht binnen. Door de ontstane situatie is het op de gesloten afdeling extra onrustig. Dit is slecht voor klagers herstel. Het zou voor klager een stuk beter zijn als hij twee tot drie keer een halfuur zelfstandig naar buiten zou kunnen. Hij zal dan op het terrein blijven en zich houden aan alle opgelegde voorschriften.

Toelichting uitspraak: De Klachtencommissie is van oordeel dat klager in zijn klacht niet-ontvankelijk moet worden verklaard, en overweegt daartoe als volgt. Anders dan namens klager is gesteld is de Wet Bopz hier niet van toepassing. Het onderhavige bestuursbesluit van 18 maat 2020 is immers niet een beslissing als genoemd in art. 40, eerste lid, Wet Bopz, zodat die bepaling geen grondslag kan bieden voor de klacht. Voorts is het besluit een collectieve maatregel, die gelijkelijk van toepassing is op allen die als patiënt binnen Parnassia Groep zijn opgenomen, en derhalve niet een geïndividualiseerd(e), specifiek op klager betrekking hebbende gedraging/besluit in de zin van art. 14, eerste lid, Wkkgz waarover bij de commissie kan worden geklaagd. De slotsom moet dus zijn dat klager in zijn klacht niet-ontvankelijk is, en dat daarom niet kan worden ingegaan op hetgeen door en namens klager naar voren is gebracht. Overigens realiseert de commissie zich ten volle dat het bestuursbesluit grote impact heeft op de levensomstandigheden van (ook) klager. Dat kan echter geen grond opleveren voor een ander oordeel dan hierboven is genoemd.

Concluderend: de klachtencommissie verklaard zich niet-ontvankelijk en komt dus niet aan een inhoudelijke behandeling van de klacht toe. Niet-ontvankelijk betekent dat de klacht niet voldoet aan de eisen die de wet en het klachtenreglement aan klachten stellen. In dit geval kan de klacht niet beoordeeld worden onder de Bopz en de Wkkgz omdat de klacht gericht is tegen een besluit van de instelling tot beperking van vrijheden i.v.m. corona. Dit besluit is namelijk van toepassing op alle opgenomen patiënten. De klachtencommissie geeft aan dat op grond van artikel 40 Bopz, dat gaat over de beperking van vrijheden, alleen geklaagd kan worden als de vrijheidsbeperking wordt toegepast op een individuele patiënt. De klachtencommissie geeft aan dat ook voor de Wkkgz vereist is dat geklaagd kan worden op een voor klager specifiek betrekking hebbende gedraging/besluit.